Gedaan met laden. U bevindt zich op: Verwarmingssystemen

Verwarmingssystemen

De verschillende soorten verwarmingssystemen zijn ingedeeld in twee groepen: centrale en decentrale verwarming.

In beide gevallen is het belangrijk dat uw systeem goed gedimensioneerd is: de installatie werkt op volle kracht bij heel koud weer en tijdens de rest van het stookseizoen op lagere kracht.

Overdimensionering van uw verwarmingssysteem leidt tot een hoger energieverbruik. Laat eerst een warmteverliesberekening maken voor u verwarmingstoestellen kiest.

Centrale verwarming

Een centraal verwarmingssysteem maakt gebruik van 1 verwarmingstoestel waarmee de warmte wordt geproduceerd. Deze warmte wordt verspreid over heel de woning.

Er bestaan verschillende opties.

Afgifte-elementen, leidingen, circulatiepomp

Decentrale verwarming

Bij decentrale verwarming staan afzonderlijke toestellen in voor de verwarming van de ruimtes.

  • Afzonderlijke verwarmingstoestellen moeten ook een hoog rendement hebben. De klassieke individuele gas-, kolen- of stookoliekachels hebben een laag rendement (slechts 50 tot 70%). Ze halen bovendien hun zuurstof uit de binnenruimten. Dit kan leiden tot CO-vergiftiging, vocht en tocht in de woning.
  • Gesloten gevelkachels met een hoog rendement (meer dan 85%) zijn een zuiniger alternatief. Ze worden dwars door de buitenmuur aangesloten op de buitenlucht. Die aansluiting moet altijd met een dubbelwandige buis gebeuren: het binnenste deel voor de afvoer van rookgassen, het buitenste deel voor de aanvoer van verse lucht.

Elektrische verwarming valt af te raden, zowel rechtstreekse verwarming als verwarming met accumulatoren.