Gedaan met laden. U bevindt zich op: ILO-werkloosheidsgraad Arbeid

ILO-werkloosheidsgraad

Gepubliceerd op 16 april 2024 • Volgende update: april 2025
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden

ILO-werkloosheidsgraad in Vlaams Gewest op 3,3%

In 2023 bedroeg de in het Vlaamse Gewest 3,3%. Het gaat om het aandeel werklozen in de van 15 tot 64 jaar. Met beroepsbevolking wordt de som bedoeld van de werkenden en de werklozen.

De werkloosheidsgraad schommelde in de periode 1999-2017 rond 5,0%. In 2003 lag de werkloosheidsgraad met 5,7% het hoogst, in 2022 met 3,2% het laagst. Tussen 2022 en 2023 bleef de werkloosheidsgraad min of meer stabiel (+0,1 procentpunt).

Laagste werkloosheidsgraad bij hooggeschoolden en samenwonende partners zonder kinderen

In 2023 lag de ILO-werkloosheidsgraad bij mannen (3,8%) hoger dan bij vrouwen (2,9%). In 2013 was er nagenoeg geen verschil tussen de werkloosheidsgraad van mannen en vrouwen. Tussen 2013 en 2023 is de werkloosheidsgraad zowel bij mannen (-1,4 procentpunt (ppt.)) als bij vrouwen (-2,2 ppt.) gedaald.

De werkloosheidsgraad daalt naarmate de leeftijd toeneemt. De werkloosheidsgraad bij de 15- tot 34-jarigen kwam op 6,0% in 2023, tegenover 2,0% bij de 35- tot 54—jarigen en 2,1% bij de 55- tot 64-jarigen. Bij alle leeftijdsgroepen verminderde de werkloosheidsgraad tussen 2013 en 2023.

De werkloosheidsgraad neemt ook af met het onderwijsniveau. De werkloosheidsgraad bij de kortgeschoolden bedroeg in 2023 5,7%, tegenover 3,0% bij de middengeschoolden en 1,5% bij de hooggeschoolden. Bij alle onderwijsniveaus daalde de werkloosheidsgraad in vergelijking met 2013.

Opgedeeld naar huishoudpositie lag de werkloosheidsgraad het hoogst bij personen die inwonen bij ouders (9,2%) en het laagst bij samenwonende partners zonder kinderen (1,6%). Bij alleenstaanden daalde de werkloosheidsgraad het meest tussen 2013 en 2023 (-2,8 ppt.).

Bij personen die hinder ondervinden tijdens hun dagelijkse activiteiten wegens een handicap of langdurig gezondheidsprobleem is de werkloosheidsgraad gedaald van 10,0% in 2013 tot 4,7% in 2023 (-5,3 ppt.). Bij personen zonder hinder nam de werkloosheidsgraad ook af met 1,4 ppt. tot 3,2%.

Er zijn ten slotte ook verschillen naar geboorteland. In 2023 lag de werkloosheidsgraad bij personen geboren in België op 2,9%, tegenover 4,2% in 2013. Bij personen geboren in een ander land van de Europese Unie (EU27) daalde de werkloosheidsgraad van 7,0% in 2013 tot 4,2% in 2023. Bij personen geboren buiten de Europese Unie nam de werkloosheidsgraad af van 15,8% tot 7,1% in 2023.

Vlaamse werkloosheidsgraad ver onder EU-gemiddelde

In 2022 lag de werkloosheidsgraad in het Vlaamse Gewest (3,2%) veel lager dan in het Waalse Gewest (8,4%), in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (11,5%) en in België als geheel (5,6%).

In de Europese Unie (EU27) bedroeg de werkloosheidsgraad in 2022 gemiddeld 6,3%. Het Vlaamse Gewest scoort dus beduidend beter. Tsjechië (2,3%) had de laagste werkloosheidsgraad, gevolgd door Polen (2,9%) en Malta (3,0%). Spanje (13,0%) kende de hoogste werkloosheidsgraad, voorafgegaan door Griekenland (12,6%) en Italië (8,2%).

Cijfers voor 2023 zijn nog niet voor alle EU-landen beschikbaar. Maar voor België en de gewesten is dat wel het geval. In 2023 lag de werkloosheidsgraad in het Vlaamse Gewest op 3,3%, in het Waalse Gewest op 8,2% en in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest op 10,7%. In België in zijn geheel ging het om 5,6%.

Lees deze pagina in: