Bevolking naar herkomst

Op 1 januari 2025 woonden in het Vlaamse Gewest bijna 4.937.000 personen van Belgische herkomst en bijna 1.928.000 personen van buitenlandse herkomst, waarvan afgerond 750.000 met een EU-herkomst. Het aandeel personen van buitenlandse herkomst lag daarmee op 28% van de totale wettelijke bevolking (open definitie) . Ongeveer 4 op de 10 personen van buitenlandse herkomst hebben een herkomst van één van de 27 lidstaten van de Europese Unie.

Tussen 2000 en 2025 is het aantal personen van Belgische herkomst in België gestaag gedaald, terwijl het aantal inwoners van buitenlandse herkomst is toegenomen. De groep personen met een EU-herkomst is iets meer dan verdubbeld, de groep personen met een niet-EU-herkomst is meer dan verviervoudigd.

De groep personen van buitenlandse herkomst omvat alle personen met een huidige buitenlandse nationaliteit, met een huidige Belgische nationaliteit maar met een buitenlandse geboortenationaliteit of met een Belgische geboortenationaliteit maar met minstens 1 ouder met een buitenlandse geboortenationaliteit.

Alle herkomstgroepen kenden een stijging tussen 2000 en 2025. Die stijging was het grootst bij de groep personen met herkomst uit de EU13-landen (open definitie) , de lidstaten van de Europese Unie die vanaf 2004 zijn toegetreden. Het aantal personen in die groep lag in 2025 10 keer hoger dan in 2000. Het aantal personen van de herkomstgroep “DR Congo, Burundi en Rwanda”, en van de herkomstgroep “overige landen” was in 2025 telkens meer dan 6 keer hoger dan in 2000. Voor de personen met een herkomst van de Europese niet-EU-landen was dat 5 keer hoger.

Begin 2025 was 45% van de personen van buitenlandse herkomst in België geboren. Dat aandeel verschilde tussen de herkomstgroepen. Het lag hoger bij de personen met herkomst van de Zuid-EU14-landen (open definitie) (55%), van Turkse herkomst (62%) en van Maghrebijnse herkomst (open definitie) (65%). Bij de personen met herkomst van de EU13-landen lag dat aandeel het laagst (25%).

Het aandeel personen met buitenlandse herkomst lag in 2025 het hoogst in de centrumsteden Genk, Antwerpen, Leuven en Gent, in de grensstreek met Nederland in de provincies Antwerpen en Limburg, in Midden-Limburg en in de rand rond Brussel. In 58 gemeenten lag het aandeel hoger dan 30%, met uitschieters Baarle-Hertog (74%), Machelen (68%), Drogenbos (64%) en Vilvoorde (64%).

Er waren 36 gemeenten met een aandeel personen met buitenlandse herkomst lager dan 10%, vooral in West-Vlaanderen en zuiden van Oost-Vlaanderen. De laagste aandelen situeerden zich in Horebeke (4%), Koekelare (6%) en Maarkedal (7%).

Het aandeel personen met een buitenlandse herkomst lag begin 2025 lager in het Vlaamse Gewest (28%) dan in de 2 andere gewesten. In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest was 78% van de bevolking van buitenlandse herkomst, in het Waalse Gewest iets meer dan 36%. In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest ging het voornamelijk om personen van niet-EU-herkomst, in het Waalse Gewest om personen van EU-herkomst.