Bevolking naar positie in het huishouden
Aandeel samenwonenden met partner en kind(eren) daalt
Op 1 januari 2025 woonden iets meer dan 3,3 miljoen inwoners van het Vlaamse Gewest samen met een partner, al dan niet met inwonende kinderen. Daarnaast woonden ruim 1,9 miljoen inwoners als kind (ongeacht de leeftijd) bij 1 of 2 ouders (of bij een ouder en zijn/haar partner). Iets meer dan 990.000 personen woonden alleen en 249.000 personen waren alleenstaande ouders.
Het percentage inwoners dat met een partner maar zonder kinderen woonde was iets groter (25%) dan het percentage dat met een partner en met 1 of meer kind(eren) samenwoonde (24%). De groep kinderen die bij 2 ouders woonde was iets kleiner (23%).
Sinds 2000 daalt het aandeel inwoners dat met een partner en 1 of meer kinderen samenwoont evenals het aandeel kinderen dat bij 2 ouders inwoont.
Aandeel kinderen dat inwoont bij gehuwd paar daalt
Van de kinderen (ongeacht de leeftijd) inwonend bij 1 of 2 ouders, woonde in 2025 59% bij een gehuwd paar. In 1995 was dat nog 84%. In dezelfde periode steeg het aandeel kinderen dat inwoonde bij een ongehuwd paar van 3% naar 21% en het aandeel kinderen dat inwoonde bij een alleenstaande ouder van 13% naar 20%.
Meer dan de helft van de 67-plussers woont gehuwd samen zonder kinderen
Van alle 0- tot 17-jarigen woonde in 2025 56% bij een gehuwd paar, 26% woonde bij een ongehuwd paar en 15% woonde bij een alleenstaande ouder.
Personen van 18 tot 66 jaar namen uiteenlopende huishoudposities in. De grootste groep (27%) woonde gehuwd samen met een partner en 1 of meer kind(eren), 11% woonde ongehuwd samen met een partner en 1 of meer kinderen en 14% woonde alleen.
Bij de 67-plussers woonde ruim de helft gehuwd samen met een partner maar zonder kinderen, 29% woonde alleen.
Aandeel alleenwonenden het grootst in de kustgemeenten en in de studentensteden
In 2025 woonde 14,5% van de inwoners van het Vlaamse Gewest alleen. Dat aandeel varieerde in de gemeenten van 8% (Herstappe en Pepingen) tot meer dan 25% (Nieuwpoort). In de rand rond Brussel waren er relatief minder alleenwonenden, aan de kust en in Brugge, Gent, Antwerpen en Leuven waren er relatief meer alleenwonenden.
Minder alleenwonenden en alleenstaande ouders in Vlaams Gewest dan in andere gewesten
Het Vlaamse Gewest onderscheidde zich in 2025 van de andere gewesten door een lager aandeel alleenwonenden, een lager aandeel alleenstaande ouders en een lager aandeel kinderen bij een alleenstaande ouder. Het aandeel samenwonende partners (zonder of met inwonende kinderen) lag daarentegen hoger in het Vlaamse Gewest dan in de andere gewesten. In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest lag het aandeel alleenwonenden het hoogst.
Aandeel alleenwonenden in Vlaams Gewest onder Europees gemiddelde
In het Vlaamse Gewest lag het aandeel alleenwonenden in 2024 iets lager dan het gemiddelde van de 27 landen van de Europese Unie (EU27) (respectievelijk 14% en 16%). De hoogste percentages werden opgetekend in Litouwen en Finland, het laagste percentage in Slovakije (4%).
Bronnen
- Statistiek Vlaanderen:
- Statbel:
- Eurostat: