Gedaan met laden. U bevindt zich op: Metadata: Levensverwachting Levensverwachting

Metadata: Levensverwachting

Bron

Statbel, bewerking Statistiek Vlaanderen
Eurostat

Definities

Levensverwachting: de levensverwachting op een bepaalde leeftijd geeft aan hoeveel levensjaren een persoon nog kan verwachten te leven vanaf die leeftijd als hij/zij de rest van zijn/haar leven onderhevig zou zijn aan de waargenomen sterftekansen per leeftijd van de observatieperiode.

Het is een veel gerapporteerde periodemaat, die een graadmeter is voor het algemene gezondheidspeil van de bevolking in de observatieperiode.

De levensverwachting bij geboorte is de levensverwachting vanaf de geboortedag, gemiddeld genomen voor allen die dat jaar geboren zijn.

Statistische diensten hanteren 2 bepalingen van de leeftijd bij het opstellen van demografische parameters, uitgaande van de zogenaamde ‘dubbele classificatie’ voor de leeftijd:

1. leeftijd volgens de laatste verjaardag = het aantal voorbije verjaardagen (exacte leeftijd)

2. leeftijd volgens het geboortejaar = het aantal gehele jaren tussen observatiejaar en geboortejaar.

In het algemeen geldt voor leeftijden x ≥ 1 jaar dat de levensverwachting met leeftijd volgens het geboortejaar hoger ligt dan de levensverwachting met leeftijd volgens de laatste verjaardag. Tot ongeveer 50 jaar bij mannen en 60 jaar bij vrouwen, bedraagt het verschil bij benadering 0,5 jaar. Nadien versmalt het verschil gradueel. Dat kan verklaard worden doordat in de bepaling met leeftijd volgens het geboortejaar, de levensverwachting op opeenvolgende leeftijden bepaald wordt op 1 januari van het jaar waarin men die leeftijd zal bereiken. Bij de bepaling met leeftijd volgens de laatste verjaardag is dat op de dag van de verjaardag, die gemiddeld genomen ergens halfweg het kalenderjaar valt.

Hier wordt telkens de berekening met exacte leeftijd aangehouden.

Opmerkingen bij de kwaliteit

De berekeningen van de levensverwachting zijn gebaseerd op het aantal overlijdens per leeftijd, zoals ondergebracht in de sterftetafel met zogenaamde ‘dubbele leeftijdsclassificatie’, volgens leeftijd en volgens het geboortejaar. Statbel volgt hierbij richtlijnen van Eurostat.

De verwerking van bepaalde gegevens van de sterftecertificaten (waaronder de medische gegevens met de doodsoorzaken) zijn per Koninklijk Besluit toevertrouwd aan de regionale overheden (gewesten en gemeenschappen) van België. Voor de Vlaamse overheid staat het Agentschap Zorg en Gezondheid hiervoor in (onder het gezag van daartoe bevoegde artsen-ambtenaren). De coördinatie van het geheel aan registraties voor de opmaak van de wettelijke overlijdensstatistieken wordt door Statbel waargenomen. De diverse betrokken federale en regionale partners komen dan ook geregeld samen om hun werkzaamheden nader op elkaar af te stemmen (zie bijeenkomsten van de Werkgroep COD - Causes of Death).

De finale statistiek van de overlijdens wordt door Statbel opgemaakt op basis van 2 bronnen: 1) het Rijksregister van de natuurlijke personen (RR), en 2) de statistische formulieren voor aangifte van een overlijden bij de burgerlijke stand (al of niet via elektronische aangifte) waarvan de relevante informatie vanuit de gewesten en gemeenschappen is aangeleverd volgens gangbare standaarden en procedures.

Statbel neemt enkel de sterfgevallen in aanmerking van personen die op het tijdstip van het overlijden hun wettelijke woonplaats in België hadden en tot de wettelijke bevolking gerekend worden (uitsluiting van het wachtregister voor asielzoekers/verzoekers om internationale bescherming). Daarbij wordt (sinds 2010) gesteund op de registers voor de wettelijke bevolking in het Rijksregister van de natuurlijke personen (RR) als referentiebron.

De federale overheid rapporteert periodiek over de statistieken van de overlijdens aan diverse internationale instanties, waaronder Eurostat en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

De statistieken van de bron Eurostat refereren in de regel naar de ‘gewoonlijk verblijvende bevolking’. Het is niet altijd duidelijk in welke mate de diverse lidstaten een duidelijk zicht hebben op de sterfte binnen die bevolking.

Naar de statistiek