Zorgzame Buurtrenovatie Westerkwartier
Oostende zet met dit project een volgende en beslissende stap in een langer traject. Het project bouwt namelijk voort op de dynamiek van het wijkverbeteringscontract in Westerkwartier en een grondige conceptstudie voor Woonveld III. Uit die trajecten groeide een sterke visie met investeringskader: de transformatie van de wijk op het ritme van haar bewoners, met oog voor ruimtelijke kwaliteit, sociale rechtvaardigheid en klimaatbestendigheid.
- Type subsidie
Projectsubsidie
- Thema
Klimaat, Ruimte, Samenleven, Wonen
- Locatie
Oostende
- Jaar
2025
Beschrijving
Stad Oostende wil concreet werk maken van een zorgzame buurtrenovatie: een aanpak waarin bewoners samen hun wijk renoveren — en waarin die renovatie hen dichter bij elkaar brengt. De renovatie beoogt een collectieve, zorgzame transformatie, waar stad en bewoners samen bouwen aan een wijk die energiezuinig, klimaatbestendig én sociaal sterk is: inclusief, toegankelijk, duurzaam, verbonden en energiek. De keuze voor het Westerkwartier is bewust. In deze 19e-eeuwse wijk komen tal van 21e-eeuwse uitdagingen samen. Een hoge bebouwingsdichtheid, kleine percelen, verouderde woningen, hittestress en overstromingsrisico’s. Tegelijk is de wijk sociaal superdivers, met eigenaars en huurders; ouderen, jongeren en kinderen met uiteenlopende ruimteclaims; nieuwkomers en mensen die al generaties in de wijk wonen. Een diverse mix van noden én potentieel. Precies die complexiteit maakt het Westerkwartier tot de ideale proeftuin voor zowel grote steden als kleine dorpen.
Projectonderdelen
Concreet omvat het project vier onderdelen:
- Collectieve renovatie en warmtenet
- Klimaatbestendige straten
- Straathuizen
- herinrichting van het Gerechtsplein
Inbreng Vlaams Stedenbeleid
Aan het project ‘Zorgzame Buurtrenovatie Westerkwartier’ werd een projectsubsidie van 3.012.768 euro toegekend in het kader van de oproep stadsvernieuwing 2025.
De subsidie dient te worden besteed aan het publieke aandeel van de stad in de vier projectonderdelen.
Motivatie van de jury
Het Westerkwartier heeft een (zeer) lang voorbereidend traject doorlopen, met een degelijk ontwerp en een gedegen participatie tot gevolg. Het is nu het moment om over te gaan tot concrete projectmatige ingrepen. Die zijn zeer concreet uitgewerkt voor twee pilootgebieden en een centraal plein. Er is ook voorzien om het leerproces voor de bewoners te begeleiden via een wijkacademie.
Het project beoogt een aanpak te ontwikkelen en uit te testen in antwoord op de grote nood aan renovatie in een wijk met een erg kwetsbaar profiel, waar de nodige renovatie niet spontaan op gang komt. Het proces dat wordt gepland, is bijzonder intensief en zal een concentratie van middelen en mensen vragen voor een beperkte oppervlakte, maar heeft het potentieel dat eruit geleerd kan worden voor gelijkaardige wijken in Vlaanderen. Bovendien getuigt de stad samen met de bewoners van grote overtuiging en motivatie om op deze manier aan de slag te gaan en er uit te leren voor andere wijken.
Innovatieve realisaties
- Een gediversifieerd betalingsmodel rond renovatie: het innovatieve investeringsmodel maakt collectieve renovatie betaalbaar voor gezinnen zonder eigen of beperkte financieringsmogelijkheden.
- Concept straathuizen: een straathuis biedt ruimte voor collectieve noden, bv. fietsenstallingen, wateropvangplaatsen, ontmoetingsruimtes voor de buurt, tijdelijke woningen tijdens renovatieperiodes (‘wisselhuizen’) en nieuwe woonvormen die inspelen op veranderende gezinssamenstellingen en financiële draagkracht. De ontwikkeling van straathuizen speelt in op de noden voor een hoger kwalitatief ruimtelijk rendement en hefboomfuncties.
- Concept wijkmotor: de transformatie gebeurt niet top-down. De ‘wijkmotor’ – een vorm van lokale commons governance – zet bewoners mee aan het stuur. Ze denken en beslissen mee over de herinrichting van hun straat, en worden op termijn mede-eigenaar van voorzieningen zoals de straathuizen. Zo krijgt de wijk niet alleen een nieuwe vorm, maar ook een nieuwe manier van samenwerken gedragen door de bewoners.
- Wijkacademie: hier wordt samen geleerd en geëxperimenteerd rond cruciale wijkopgaves. De integrale aanpak binnen het woonveldprogramma wil de verschillende projectonderdelen samen laten sporen. Maar elk projectonderdeel bevat leer- en ontwikkelvragen voor de stad, partners en de buurt. In een leertraject wordt met buurtbewoners, experten, stadsdiensten en betrokken partners samen gezocht naar antwoorden op deze vragen.
- Samen denken, ontwerpen en uitvoeren van opgaven die vaak nog apart worden aangepakt: klimaatadaptatie, energie, welzijn, wonen, publiek domein, bestuurscultuur. Dit project maakt daar één geheel van — in visie én uitvoering. Dat betekent dat men als stadsbestuur niet alleen transversaal gaat denken, maar ook transversaal doén.
- Het vernieuwende sociale karakter zit in de concrete ingrepen die ontmoeting bevorderen, eigenaarschap versterken en (onder meer financiële) drempels verlagen, ook voor kwetsbare groepen.
- Woonveld III ontwikkelt een pragmatische renovatiestrategie: EPC B-niveau gekoppeld aan een lokaal warmtenet. Die aanpak mikt op het versnellen van een fossielvrije transitie tegen lagere kosten dan EPC A-renovaties, vermindert de individuele renovatielast en maakt standaardisering mogelijk in techniek en volloopscenario.
Deelaspecten
- De renovatieaanpak start in twee pilotstraten met elk 6 grondgebonden woningen, waarbij de uitrol van het warmtenet wordt gecombineerd met een geclusterd renovatieaanbod. Het warmtenet vormt de basis voor de fossielvrije transitie voor het woonveld.
- Ontwerp en ontwikkeling voor de Duivenhokstraat en Steenbakkersstraat, met als doelstelling de straten klimaatbestendig te maken en ruimte te geven voor de opgaves in het woonveld, inclusief afstemming met de aanleg van het warmtenet en de ontwikkeling van de straathuizen.
- Om ruimte te maken voor de straten en het woonveld ontwikkelt de stad twee straathuizen in of nabij de Steenbakkersstraat en de Duivenhokstraat. Dit vergt een aankoopstrategie om private panden te detecteren en daarna te ontwikkelen, plus het verkennen van de identiteit, invulling en mogelijkheden van een straathuis.
- Het Gerechtsplein heeft een cruciale centrale ligging omgeven door 3 scholen en een buurthuis en fungeert als sociale hub. De scope beperkt zich niet alleen tot het plein, maar omhelst ook een stuk Stuiverstraat en Catharinapolderstraat. De ontwikkeling van het plein kan een vliegwiel zijn voor de ambitie en collectieve aanpak van het hele programma.
- Ook engageren het VTI en de GO! Hendrik Conscienceschool zich om samen te onderzoeken hoe de schoolomgevingen onthard en ontwikkeld kunnen worden met een buurtfunctie.
- Opzetten investerings- en rollend fonds voor collectieve renovatie: door financieel maatwerkoplossingen te bieden ontstaat clustering en gelijktijdigheid in het diverse eigenaarslandschap. De aanpak wil de sociale diversiteit behouden en de toegang tot duurzaam wonen op middellange- en lange termijn verzekeren.
- Wijkmotor/bewonersbetrokkenheid: om de mix van complexe uitdagingen in het woonveld integraal aan te gaan, kiest de stad resoluut voor een samenwerkingsmodel waarbij buurtbewoners in elk van de projectonderdelen een cruciale rol opnemen: meedenken, cocreëren, evalueren en experimenteren in de wijkacademie, en op termijn zelf het voortouw nemen door middel van beheer, productie of het nemen van eigen initiatieven.
- Mobiliteit: in een dens woonveld met smalle straten en dichte bebouwing duidelijke mobiliteitskeuzes maken. De opmaak van een mobiliteitsstrategie is geen apart projectonderdeel in het woonveldprogramma, maar vormt een cruciaal ontwikkeltraject binnen de wijkacademie.
- Architecturale versterking van het woonveld: strategisch geplaatste hoekpanden en straathuizen fungeren als ankerpunten. Door hun schaal, ligging en vormgeving brengen ze structuur, herkenbaarheid en collectieve identiteit in de wijk.
- Collectieve renovatie met aandacht voor beeldkwaliteit: energiezuinige renovaties en duurzame energietechnologie worden gekoppeld aan een visie op straatbeeld. Met een coherent palet van materialen, kleuren en afwerkingen wordt gestreefd naar een samenhangende en harmonieuze uitstraling.
- Klimaatrobuuste, landschappelijke publieke ruimte: de publieke ruimte integreert klimaatadaptieve ingrepen op een leesbare manier. De ondergrondse Catharinakreek wordt zichtbaar via groenblauwe ‘krekenpleintjes’ en klimaatstraten. Zo ontstaat een wijk die bestand is tegen droogte, hitte en wateroverlast met ruimte voor natuurbeleving.
Partners
- Stad Oostende
- Bewoners van de wijk
- Scholen (GO! Hendrik Conscienceschool, VTI Petrus en Paulus
- Beauvent (warmtenet)
- Private ontwikkelaars
Locatie
Locatie
- Adres
Oostende
Routeplanneropent in nieuw venster