Inkomen van 20% rijksten 3,2 keer hoger dan inkomen van 20% armsten
De lag volgens de EU-SILC-enquête van 2022 in het Vlaamse Gewest op 3,2. Dat betekent dat het van de 20% inwoners met het hoogste inkomen 3,2 keer hoger ligt dan het huishoudinkomen van de 20% inwoners met het laagste inkomen.
Deze cijfers werden berekend op basis van het totale beschikbare inkomen van de huishoudens in het jaar voorafgaand aan de enquête. De cijfers van de EU-SILC-enquête van 2022 hebben dus betrekking op de huishoudinkomens van 2021.
De EU-SILC-enquête werd in 2019 ingrijpend vernieuwd. Daardoor is voorzichtigheid geboden bij het maken van vergelijkingen met de resultaten van voorgaande jaren. Wel kan gesteld worden dat de inkomenskwintielverhouding sinds 2004 min of meer gelijk gebleven is.
Vlaamse inkomensongelijkheid blijft beperkt in EU-perspectief
In 2021 lag de inkomenskwintielverhouding in het Vlaamse Gewest (3,2) ongeveer even hoog als in het Waalse Gewest (3,3). Met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (4,5) was er wel een duidelijk verschil. In België lag de inkomenskwintielverhouding op 3,4.
In Europees perspectief blijft de inkomensongelijkheid in België beperkt. Gemiddeld lag de inkomenskwintielverhouding in de 27 landen van de Europese Unie (EU27) in 2021 op 5,0. België bevindt zich in de groep van EU-landen met de laagste inkomenskwintielverhouding. Enkel in Slovenië lag de inkomenskwintielverhouding in 2021 lager. In Bulgarije lag de inkomensongelijkheid het hoogst.
Cijfers voor 2022 zijn nog niet voor alle EU-landen beschikbaar.
Bronnen
- Statbel: EU-SILC-survey opent in nieuw venster
- Eurostat: Database opent in nieuw venster