Gedaan met laden. U bevindt zich op: Aandeel steun in inkomen landbouwers Landbouw en visserij

Aandeel steun in inkomen landbouwers

Gepubliceerd op 15 juni 2023 • Volgende update: juni 2024

Aandeel steun in inkomen hoogst in vleesveehouderij, laagst in glastuinbouw

In de landbouw was de in de periode 2017-2021 goed voor 24% van het en 5% van de . Het gaat om de steun die landbouwers ontvangen uit de eerste pijler van het Europese landbouwbeleid.

Het aandeel van de rechtstreekse steun in het bedrijfsinkomen en de opbrengst was het grootst bij gespecialiseerde vleesveebedrijven. Bij die bedrijven lag het aandeel van de steun in de periode 2017-2021 op 70% van het bedrijfsinkomen en 13% van de opbrengst. Dat is een gevolg van een hoog bedrag van rechtstreekse steun en een laag bedrijfsinkomen en totale opbrengst bij die bedrijven.

De bedrijfstypes akkerbouw en melkvee haalden in de periode 2017-2021 een aandeel van rechtstreekse steun in het bedrijfsinkomen van 32% en 21%, voor de opbrengst was dat 10% en 5%. De varkenshouderij is met 11% in het bedrijfsinkomen minder afhankelijk van rechtstreekse steun.

In de tuinbouw ten slotte was het aandeel van de rechtstreekse steun in het bedrijfsinkomen en de opbrengst zeer laag. Rechtstreekse steun is in de glastuinbouw nagenoeg onbestaande aangezien het areaal onder glas hiervoor niet in aanmerking komt.