Metadata: blootstelling aan ozon
Contactorganisatie entiteit
Vlaamse Milieumaatschappij (VMM)/IRCEL (Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu)
Metadatafiche laatste update
18/09/2025
Databron
[S.18.1 – SOURCE_TYPE – Databrontype]
Aan de basis van deze statistiek liggen de luchtkwaliteitsmetingen van de Vlaamse Milieumaatschappij. Er zijn meetstations voor o.a. PM10, PM2,5, ozon en NO2.
[S.18.3 – COLL_METHOD – Dataverzameling]
De meetstations geven halfuurwaarden door. Daarmee wordt een uurgemiddelde concentratie berekend.
[S.18.2 – FREQ_COLL – Frequentie van dataverzameling]
continu
Statistische populatie
S.03.6 – STAT_POP – Statistische populatie]
De luchtkwaliteit wordt in heel België gemeten.
[S.03.7 – REF_AREA – Referentiegebied]
Referentiegebied: De ruimtelijke resolutie van de RIO-interpolatietechniek is 4x4 km². Met RIO is het mogelijk om op elk uur voor alle 4x4 km² roostercellen in België de luchtkwaliteit te berekenen.
[S.05 – REF_PERIOD – Referentieperiode]
Referentieperiode: 2005-2024
Variabelen
De volgende variabelen worden getoond:
- Gemiddelde van de dagelijkse hoogste 8-uurgemiddelde ozonconcentratie over het piekseizoen (april-september)
- Aandeel van de bevolking blootgesteld aan dagen met hoogste 8-uurgemiddelde concentratie > 100 µg/m³
Bewerkingen
De evolutie van het aantal mensen dat blootgesteld wordt aan te hoge concentraties (fijn stof, ozon, NO2) wordt berekend via de RIO-interpolatietechniek door IRCEL. RIO berekent via een interpolatie de concentraties op plaatsen waar niet gemeten wordt, op basis van de metingen in de meetstations en het landgebruik.
Het ATMO-Street-model wordt gebruikt om de luchtkwaliteit in het meest recente jaar te schatten. Dit model omvat drie deelmodellen (waaronder RIO) en is het meest nauwkeurig. Met het ATMO-Street-model wordt berekend hoeveel % van de bevolking er blootgesteld wordt aan concentraties boven de advieswaarden van de WGO.
Het ATMO-Street computermodel omvat drie deelmodellen om de luchtkwaliteit in te schatten:
- RIO schat de luchtkwaliteit in heel Vlaanderen op basis van de luchtkwaliteitsmetingen.
- IFDM berekent de lokale luchtkwaliteit op basis van meteorologische gegevens en de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen door wegverkeer, scheepvaart en (grote) industriële bronnen.
- OSPM berekent de impact van het street canyon-effect.
RIO gebruikt meetresultaten en schat daarmee de luchtkwaliteit in heel Vlaanderen op een ‘slimme’ manier. Slim, omdat RIO ook informatie over landgebruik mee in rekening neemt.
Voor de blootstelling van het laatste jaar wordt gebruik gemaakt van de volledige ATMO-STREET-keten.
Voor de langetermijntrend wordt er enkel gebruik gemaakt van het RIO-model (dit is 1 stukje van het ATMO-STREET-model). Er verandert elk jaar wel iets aan het ATMO-street-model en het is qua rekentijd praktisch niet haalbaar om telkens voor de trendfiguur alle jaren te herrekenen met het volledige ATMO-STREET-model. De rekentijd van enkel het stukje RIO is korter en daarmee is het wel mogelijk om elk jaar de voorgaande jaren mee te herrekenen.
Accuraatheid
Het verkeer wordt modelmatig toegewezen. De berekeningen gebeuren op basis van verkeerstellingen, gereden snelheden en informatie over het wagenpark. Door de combinatie van verkeerstellingen en gemodelleerde wegvakbelastingen worden de verkeersintensiteiten bepaald. Op de snelwegen heeft men hiervoor permanente intensiteits- en snelheidsmetingen. Voor het onderliggend wegennet zijn er heel wat minder metingen voorhanden. Voor het wagenpark wordt rekening gehouden met het gemiddelde Vlaamse wagenpark, behalve in de LEZ-zones van Antwerpen en Gent. Met tijdelijke verkeerssituaties (bv. omleidingen of files) wordt geen rekening gehouden. Het herhaaldelijk opwaaien van stof door het verkeer en het effect van de aanwezigheid van groen (zoals bomen in een straat) worden niet in rekening gebracht.
De onzekerheid op de schatting van de DALY’s is relatief groot. De grootste onzekerheid wordt bepaald door de dosis-effectcurve.
Vergelijkbaarheid
Modellen wijzigen door nieuwere wetenschappelijke inzichten, verbeteringen in het model en door wijzigingen in invoergegevens. Voor een correcte beoordeling van de evolutie zouden alle jaren opnieuw moeten berekend worden met dezelfde modelversie. Wegens de lange rekentijd, en het ontbreken van gedetailleerde invoergegevens uit voorgaande jaren is het niet mogelijk om ATMO-Street voor alle historische jaren terug te rekenen.
Voor de langetermijntrend wordt er enkel gebruik gemaakt van het RIO-model (dit is een stukje van het ATMO-STREET-model). Er verandert elk jaar wel iets aan het ATMO-street-model en het is qua rekentijd praktisch niet haalbaar om telkens voor die trendfiguur alle jaren te herrekenen met het volledige ATMO-STREET-model. De rekentijd van enkel het stukje RIO is korter en daarmee is het wel mogelijk om elk jaar de voorgaande jaren mee te herrekenen.
Referenties
Vlaamse Milieumaatschappij (VMM): Blootstelling aan ozon(opent in nieuw venster)