In welke taal moet de gebruiksaanwijzing van speelgoed in Brussel opgesteld zijn?
De gebruiksaanwijzing van speelgoed moet opgesteld zijn in de taal of talen van het taalgebied waar het op de markt wordt gebracht.
Ter bescherming van de consument bevat de regelgeving enkele taalvoorschriften, bijvoorbeeld voor de gebruiksaanwijzing van speelgoed. De waarschuwingen, veiligheidsvoorschriften, etikettering en gebruiksaanwijzing van speelgoed dat op de Belgische markt wordt aangeboden moet ten minste worden opgesteld in de taal of de talen van het taalgebied waar het speelgoed op de markt wordt aangeboden. Speelgoed dat bijvoorbeeld in Brussel-Hoofdstad op de markt wordt gebracht, moet dus minstens gebruiksaanwijzingen in het Nederlands en in het Frans bevatten.
Ook in andere sectoren gelden er specifieke taalvoorschriften. Zo moeten de gegevens op het verplichte etiket van voedingsmiddelen opgesteld zijn in de taal of de talen van het gebied waar het op de markt wordt aangeboden. Dit volgt uit de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de gebruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten.