Gedaan met laden. U bevindt zich op: Metadata: Stopzetting van wettelijke samenwoningen Stopzetting van wettelijke samenwoningen

Metadata: Stopzetting van wettelijke samenwoningen

Bron

Statbel (Rijksregister), bewerking Statistiek Vlaanderen

Definities

Overeenkomstig de wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 12 januari 1999) hebben 2 personen die samenwonen sinds 1 januari 2000 de mogelijkheid om het feit dat ze samenwonen officieel te bekrachtigen. Er is sprake van wettelijk samenwonen wanneer 2 personen die samenwonen een verklaring in die zin afleggen aan hun gemeentebestuur, ongeacht hun geslacht en verwantschap. Het hoeft dus niet te gaan om samenwonende partners. Het kan ook gaan om een ouder-kind of broer-zus verwantschap.

De voorwaarden voor het afleggen van deze verklaring zijn: juridisch bekwaam zijn om een contract te sluiten; niet getrouwd zijn; niet wettelijk samenwonen met een andere persoon.

De ambtenaar van de burgerlijke stand is verplicht de naleving van de wettelijke voorwaarden te controleren en de verklaring in het Rijksregister te registreren. Er zijn enkele zeldzame gevallen van registratie van wettelijk samenwonen via consulaire posten in het buitenland.

Opmerkingen bij de kwaliteit

Het Belgische statistiekbureau Statbel publiceert statistische reeksen over de wettelijke bevolking. Die steunen op het Rijkregister van de natuurlijke personen en geven de stand van de bevolking weer op 1 januari van het kalenderjaar, zoals – mits bijkomende controles door Statbel – kan worden afgeleid uit de inschrijvingen in het bevolkingsregister (Belgen en buitenlanders die gemachtigd zijn tot vestiging in België) en het vreemdelingenregister (buitenlanders die toegelaten of gemachtigd zijn tot een verblijf van meer dan 3 maanden in België voor bepaalde of onbepaalde duur). Bepaalde categorieën buitenlanders (bijvoorbeeld diplomatiek en consulair personeel) zijn vrijgesteld van inschrijving in de bevolkingsregisters. In sommige gevallen kunnen zij op eigen vraag wel ingeschreven worden. Enkel in dat geval worden zij meegerekend in de bevolkingscijfers

Statbel publiceerde in 2019 voor de eerste keer een statistiek over de verklaringen van wettelijk samenwonen door gebruik te maken van het Rijksregister van de natuurlijke personen.

De statistiek wordt opgesteld door gebruik te maken van het informatietype “wettelijk samenwonen” (I.T. 123) van het Rijksregister. Het I.T. 123 registreert een reeks gegevens met betrekking tot het wettelijk samenwonen, waaronder de datum van de verklaring, de plaats van inschrijving van de verklaring (gemeente van verblijf), de aanwezigheid van een notariële overeenkomst (met de datum en plaats waar ze werd gesloten), de datum en de reden van beëindiging. Door deze informatie te koppelen aan andere I.T. in het Rijksregister kunnen we samenwonenden karakteriseren en tabellen opstellen op basis van geslacht, leeftijd, nationaliteit, enz. Een buitenlands persoon die illegaal op het grondgebied verblijft, kan legaal samenwonen op voorwaarde dat hij/zij, samen met de persoon met wie hij/zij samenwoont, een gemeenschappelijke hoofdverblijfplaats in België heeft. Om tot een coherente statistiek te komen, werden ook enkele zeldzame gevallen uitgesloten die een tegenstrijdigheid vertonen tussen de burgerlijke staat en de situatie van wettelijk samenwonen (duidelijk gehuwde (of gescheiden) personen op basis van een ‘redelijke’ observatieperiode; gevallen die verband houden met een late - maar ‘redelijke’ - registratie van echtscheidingen zijn dus in de statistieken opgenomen).

De stopzettingen van wettelijke samenwoning hebben de volgende kenmerken: de gemeente waar de registratie plaatsvond, de maand van stopzetting, het gewest waar de stopzetting geregistreerd werd, de leeftijd en de nationaliteit van de samenwonenden bij de stopzetting. De stopzettingen worden in detail getoond volgens de burgerlijke staat van de samenwonenden bij de verklaring en wanneer de wettelijke samenwoning beëindigd is. De gemiddelde leeftijden bij de stopzetting volgens de rang van de verklaring en de burgerlijke staat (de meest voorkomende gevallen zijn de eerste Belgische partnerschapscontracten – dit wil zeggen de eerste verklaring die 2 ongehuwde samenwonenden bindt) worden gegeven. Voor de berekening van die gemiddelde leeftijden worden de personen van wie de leeftijd op het tijdstip van de verklaring onbekend is, niet in aanmerking genomen. De statistiek deelt de stopzettingen ook in volgens de duur van het wettelijk samenwonen.