Gedaan met laden. U bevindt zich op: Metadata: Inkomen (volgens de nationale rekeningen) Inkomen (volgens de nationale rekeningen)

Metadata: Inkomen (volgens de nationale rekeningen)

Bron

Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR), Eurostat, bewerking Statistiek Vlaanderen

Definities

Het primair inkomen is de som van:

  • de lonen
  • het exploitatie-overschot
  • het gemengd inkomen
  • netto inkomen uit vermogen.

Lonen: in de nationale rekeningen worden lonen samengesteld uit 3 componenten:

  • de lonen: omvatten de bruto-bezoldigingen aan de RSZ onderworpen, voor geleverde arbeid, met inbegrip van toeslagen, productiviteitspremies, vergoedingen voor het woon-werkverkeer, betaalde vakantie, voordelen in natura en sociale premies ten laste van de werknemers.
  • de werkelijke sociale premies ten laste van werkgevers: omvatten de wettelijke en vrijwillige premies die werkgevers betalen aan sociale zekerheidsinstellingen.
  • de toegerekende sociale premies ten laste van werkgevers: omvatten uitbetalingen in het kader van ziekte, ongeval of zwangerschap en pensioenen betaald door de overheid en door ondernemingen die die fondsen zelf beheren.

Exploitatieoverschot van huishoudens omvat:

  • de toegerekende huur (het fictief huurinkomen voor eigenaars van de woning die ze zelf bewonen en van de niet-verhuurde tweede verblijven)
  • de reële huur behaald uit de verhuur van gebouwen
  • de waarde van door huishoudens zelfgeproduceerde goederen voor eigen verbruik (land- en tuinbouwproducten).

Het gemengd inkomen: bevat het inkomen uit beroepsactiviteiten van zelfstandigen (inclusief van de meehelpende leden van het gezin) dat niet kan worden onderscheiden van de als ondernemer gemaakte winst.

Netto-inkomen uit vermogen: verschil tussen ontvangen en betaalde rentes, winstuitkeringen.

De elementen van de secundaire inkomensverdeling zijn:

  • de netto sociale uitkeringen
  • de netto overige inkomensoverdrachten
  • de belastingen.

Netto sociale uitkeringen: uitkeringen minus bijdragen voor sociale zekerheid, overige sociale verzekeringen (groepsverzekeringen) en sociale voorzieningen in geld (leefloon).

Netto overige inkomensoverdrachten: uitkeringen in verband met schade, prijzengelden, stakingsgelden minus schadeverzekeringspremies, boetes.

Belastingen: op looninkomen, activiteiten van zelfstandigen, bezit van vermogen, auto’s.

Het gaat in de figuren en de tekst telkens om reële inkomens, wat wil zeggen dat rekening gehouden wordt met de inflatie. Dat gebeurt door de bedragen uit te drukken in prijzen van het meest recente jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn.

Koopkrachtstandaard: door een monetaire grootheid in euro koopkrachtstandaard (KKS) uit te drukken is een correcte internationale vergelijking mogelijk. Zo worden de bedragen gecorrigeerd voor de bestaande prijsverschillen voor dezelfde goederen en diensten tussen landen.

Opmerkingen bij de kwaliteit

De statistiek wordt opgemaakt conform het ESR 2010 concept. Dat garandeert internationale vergelijkbaarheid. Zie Toelichting bij het ESR 2010(opent in nieuw venster).