Gedaan met laden. U bevindt zich op: Metadata: Tewerkstelling in hoogtechnologische sector Tewerkstelling in hoogtechnologische sector

Metadata: Tewerkstelling in hoogtechnologische sector

Contactorganisatie entiteit

Metadatafiche laatste update

17/09/2025

Databron

Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR).

Statistische populatie

De werkgelegenheid in de Vlaamse bedrijven en instellingen (in personen), ongeacht vanwaar ze komt (dus naar werkplaats, niet naar woonplaats).

Variabelen

Statistische concepten en definities:

  • De werkgelegenheid omvat de loontrekkende en zelfstandige werkgelegenheid op het grondgebied. Loontrekkenden (werknemers) zijn personen die op grond van een arbeidsovereenkomst (al dan niet formeel) werk verrichten voor een andere ingezeten institutionele eenheid in België en daarvoor loon ontvangen. Personen in loondienst worden alleen bij de werknemers geteld indien ze niet in hoofdzaak als zelfstandige werkzaam zijn.
  • Zelfstandigen zijn personen die als eigenaar of mede-eigenaar werkzaam zijn in een onderneming zonder rechtspersoonlijkheid die niet als quasi-vennootschap wordt beschouwd. Onder de zelfstandigen worden ook de niet-betaalde meewerkende gezinsleden gerekend, evenals de thuiswerkers van wie het inkomen afhangt van de output van het productieproces waarvoor zij verantwoordelijk zijn en de werkenden die enkel voor eigen consumptie of eigen investeringen produceren.

Meeteenheid: Werkende persoon

Classificatiesysteem: Bedrijfstak-indeling op A64 niveau. Dat is een bepaald aggregatieniveau (er bestaan ook minder gedetailleerde indelingen).

Bewerkingen

De werkgelegenheidscijfers worden berekend op basis van trimestriële gegevens van de RSZ, RSZPPO en RSVZ die tot jaarcijfers worden gecompileerd. Het laatste jaar is daarbij voorlopig: bij de verdeling van de cijfers voor multi-arrondissementele entiteiten worden nog de verdeelsleutels van het jaar daarvoor gebruikt.

Accuraatheid

Werknemers:

De basis wordt gevormd door de statistiek van het aantal personen in hoofdberoep en het aantal werkende studenten (deze laatste omgerekend over een tewerkstelling op jaarbasis). De bron is de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) en De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten (RSZPPO). Daarbij worden nog een aantal categorieën gevoegd die niet onder deze instellingen vallen, zoals zeelieden, ambassadepersoneel, werkenden in een plaatselijk werkgelegenheidsagentschap, huishoudpersoneel en zwartwerkers (raming). Voor ondernemingen met vestigingen in meerdere arrondissementen worden de aantallen werkenden proportioneel, omgerekend pro rata het aantal jobs.

Het laatste jaar in de regionale rekeningen is voorlopig. Dat wil zeggen dat de spreiding over de vestigingen nog gebeurt volgens informatie uit het voorgaande jaar (dit wegens nog ontbrekende informatie op dat ogenblik). In het daaropvolgende jaar volgt dan de definitieve omslag over de vestigingen op basis van de dan beschikbaar gekomen informatie over dat jaar.

Zelfstandigen:

Het gaat om het aantal zelfstandigen in hoofdberoep en de helpers (niet de zelfstandigen in bijberoep). Het aantal zelfstandigen wordt geraamd op basis van gegevens van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg (WASO) en het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ), en de Land- en Tuinbouwtellingen voor de zelfstandige landbouwers. Voor de spreiding over de bedrijfstakken maakt men gebruik van het aantal eenheden zonder rechtspersoonlijkheid volgens de BTW-statistiek en het repertorium van bedrijfsgegevens bij het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR). Voor de regionale verdeling blijkt dat er amper zelfstandigen zijn met multi-arrondissementeel personeel. Deze worden dan opgenomen in het arrondissement waar ze het meeste personeel tewerkstellen.

Voor de bedrijfstakken niet aan de BTW onderworpen wordt een beroep gedaan op de RSVZ volgens hun eigen beroepennomenclatuur. De geografische spreiding van de RSVZ-gegevens gebeurt op basis van de woonplaats, waarbij verondersteld wordt dat dit in hetzelfde arrondissement is als de werkplaats (bij gebrek aan andere informatie).

Vergelijkbaarheid

Door de afstemming op het ESR 2010 is de statistiek voor de 3 Belgische gewesten vergelijkbaar met de EU en de EU-lidstaten.

De nationale en regionale rekeningen ondergaan periodiek revisies. Wat de werkgelegenheid betreft was er in 2021 een wijziging in de verdeling ‘bestuurders’ en ‘overige zelfstandigen’ in de statistiek van de RSVZ, omwille van het gebruik van een nieuwe bron. Het aantal bestuurders nam fors toe ten nadele van bijna alle andere beroepscategorieën. In de nationale/regionale rekeningen wordt die wijziging geleidelijk doorgevoerd tot een volgende methodologische herziening van de nationale rekeningen.