Gedaan met laden. U bevindt zich op: Vertrouwen in de overheid Relatie overheid en burger

Vertrouwen in de overheid

Gepubliceerd op 27 september 2023 • Volgende update: september 2024
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden

Burger heeft meeste vertrouwen in lokale overheid

In het voorjaar van 2023 gaf 27% van de inwoners van het Vlaamse Gewest van 18 jaar en ouder aan veel of heel veel vertrouwen te hebben in de lokale overheid. Het vertrouwen in de andere bestuursniveaus ligt lager. Bij de Europese overheid gaat het om 20%, bij de Vlaamse overheid om 17%, bij de provinciale overheid om 18% en bij de federale overheid om 15%.

Hoe hoger het bestuursniveau, hoe hoger het aandeel personen dat aangeeft er (heel) weinig vertrouwen in te hebben. Bij de lokale en provinciale overheid ging het in 2023 om respectievelijk 26% en 31%, bij de Vlaamse overheid om 37%, bij de Europese overheid om 43% en bij de federale overheid om 48%.

In vergelijking met het voorjaar van 2021 en 2022 bleef het aandeel met (heel) veel vertrouwen in de provinciale, Vlaamse, federale en Europese overheid in 2023 min of meer stabiel. In 2022 en 2023 lag het aandeel met (heel) veel vertrouwen in de lokale overheid wel duidelijk lager dan in 2021.

Vergelijkbare cijfers voor de periode vóór 2021 zijn niet beschikbaar.

Jongeren hebben meer vertrouwen in lokale overheid

Naar leeftijd valt op dat jongeren (tot 34 jaar) duidelijk meer vertrouwen hebben in de lokale overheid dan de oudere leeftijdsgroepen. Ook hooggeschoolden hebben meer vertrouwen in de lokale overheid dan laaggeschoolden en inwoners van centrumsteden hebben meer vertrouwen dan inwoners van kleinere steden. Voor de andere achtergrondkenmerken zijn er weinig verschillen te zien.

Jongeren en inwoners van groot- en centrumsteden hebben meer vertrouwen in de provinciale overheid

Jongeren hebben ook duidelijk meer vertrouwen in de provinciale overheid dan 35-plussers. Ook inwoners uit de groot- en centrumsteden geven vaker dan inwoners uit de kleinere steden en het platteland aan (veel) vertrouwen te hebben in de provinciale overheid.

Ouderen en inwoners van het platteland hebben minder vertrouwen in de Vlaamse overheid

Ook het vertrouwen in de Vlaamse overheid ligt hoger bij de inwoners jonger dan 35 jaar dan bij de oudere leeftijdsgroepen (vanaf 50 jaar). Inwoners van het platteland geven minder vaak dan inwoners uit groot- of centrumsteden aan (veel) vertrouwen te hebben in de Vlaamse overheid.

Jongeren, hooggeschoolden en inwoners van groot- en centrumsteden hebben meer vertrouwen in de federale overheid

Ook wat het vertrouwen in de federale overheid betreft, geven jongeren (tot 34 jaar) vaker dan andere leeftijdsgroepen aan (heel) veel vertrouwen te hebben. Hooggeschoolden doen dat ook vaker dan middengeschoolden. Inwoners van het platteland geven daarnaast minder vaak dan inwoners uit grootsteden, centrumsteden en de stedelijke rand aan (veel) vertrouwen te hebben in de fedarele overheid.

Jongeren, personen die bij hun ouders inwonen, hooggeschoolden en inwoners van groot- en centrumsteden hebben meer vertrouwen in de Europese overheid

Jongeren hebben ook heel uitgesproken meer vertrouwen in de Europese overheid dan 35-plussers. Ook diegenen die (nog) bij de ouders inwonen, hebben meer vertrouwen in de Europese overheid dan andere huishoudgroepen. Ook hooggeschoolden geven vaker dan laag- of middengeschoolden aan (heel) veel vertrouwen te hebben in de Europese unie. Ten slotte hebben ook inwoners uit de groot- en centrumsteden vaker dan inwoners uit de kleinere steden en het platteland (heel) veel vertrouwen in de Europese overheid.

Bronnen