Metadata: Bladontwikkeling eik en beuk
Contactorganisatie entiteit
Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO)
Metadatafiche laatste update
09/09/2025
Databron
Waarnemingen in het Meerdaalwoud (eiken) en het Zoniënwoud (beuken)
Statistische populatie
36 eiken in het Meerdaalwoud en 28 beuken in het Zoniënwoud
Variabelen
Bladbegin (week van het jaar)
Volledig blad ontwikkeld (week van het jaar)
Bewerkingen
De berekening van de beginweek en de week met volle bladontwikkeling in de indicator is een gemiddelde waarde voor alle waargenomen bomen (n = 36 voor eik, n = 28 voor beuk). De trend over de verschillende jaren heen wordt berekend aan de hand van een lineaire regressie.
Jansen, Ivy. 2019. Trendbepaling natuurindicatoren 2019. Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek 32. België: Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. https://doi.org/10.21436/inbor.16703423(opent in nieuw venster).
De verwerking van de gegevens gebeurde tot en met 2018 in Excel, met een interpretatie van de waarnemingen bij onvolledige reeksen. Sinds de update van 2019 (gegevens tot en met 2018) is de dataset ingevoerd in het statistisch programma R en worden de berekeningen automatisch gedaan. Onvolledige meetreeksen zijn er uitgelaten (ontbrekende waarden in 2011 en 2012 voor eik). Deze omschakeling in verwerking levert geen verschil in de globale trend of interpretatie van de indicator.
Accuraatheid
Bij de gemiddelde week van bladbegin en bladvoltooiing wordt ook het 95%-betrouwbaarheidsinterval berekend. Dit betrouwbaarheidsinterval wordt weergegeven in de figuur.
Vergelijkbaarheid
Sinds 2002 maakt het INBO fenologische opnames op 36 eiken in het Meerdaalwoud en 28 beuken in het Zoniënwoud. Vanaf 2003 gebeurt dit volgens de ICP-Forests manual for phenology (Preuhsler e.a., 2004).
Referenties
Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO): Bladontwikkeling eik en beuk