Verloren gezonde levensjaren door fijn stof
Correctie gepubliceerd op 10 juli 2025
Op 9 juli werd een update van deze statistiek gepubliceerd. In de grafiek met de algemene evolutie ontbrak de update van het laatste jaar. Op 10 juli om 9u40 werd daarom een nieuwe versie van de grafiek met de actuele gegevens gepubliceerd.
Inwoner Vlaanderen leeft gemiddeld 13 maanden minder lang gezond door fijn stof
In 2023 gingen in het Vlaamse Gewest door de impact van fijn stof potentieel 132 gezonde levensjaren verloren per 10.000 persoonsjaren (’s). Vertaald naar de impact op de volledige levensduur van de bevolking, uitgaande van een gemiddelde levensverwachting van 83,2 jaar, betekent dat dat elke inwoner in het Vlaamse Gewest bij levenslange blootstelling aan de huidige verontreinigingsniveaus geconfronteerd wordt met ongeveer 1,1 potentieel verloren gezonde levensjaren. De Vlaming blijft dus gemiddeld 13 maanden minder lang gezond door blootstelling aan fijn stof.
Het aantal verloren gezonde levensjaren door blootstelling aan fijn stof daalde over de periode 2005-2023. Tussen 2015-2018 bleef de impact van fijn stof nagenoeg constant, om dan in 2019 en 2020 weer te dalen. In 2021 steeg het aantal DALY’s ten opzichte van 2020 met 7%. Dat aantal bleef in 2022 nagenoeg constant. Het aantal DALY’s in 2023 lag ruim 12% lager dan in het jaar voordien. Een verminderde uitstoot van (voorlopers van) luchtverontreinigende stoffen verklaart mogelijk de dalende trend tijdens de periode 2005-2023. Ook andere factoren, zoals gunstige meteorologische omstandigheden, kunnen een rol spelen.
Langetermijnblootstelling aan PM2,5-deeltjes heeft grootste gezondheidsimpact
Langetermijnblootstelling aan -deeltjes verklaarde in 2023 bijna 98% van de totale gezondheidsimpact van fijn stof. Het merendeel komt door vroegtijdige sterfte, maar ook een verhoogd aantal patiënten met astma, diabetes en verhoogde bloeddruk speelt daarin een belangrijke rol. De impact door langetermijnblootstelling aan -deeltjes maakte ruim 1% uit in 2023. Kortetermijnblootstelling heeft een veel lagere impact. De impact door kortetermijnblootstelling aan PM10 en aan PM2,5 maken samen minder dan 1% van de totale gezondheidsimpact van fijn stof uit.
Bronnen
- Departement Omgeving :