Tewerkstelling in de toeristische sector
Toeristische sector goed voor ruim 230.000 jobs
In 2024 was de toeristische sector in het Vlaamse Gewest goed voor 230.821 arbeidsplaatsen. Dat komt overeen met 7% van het totaal aantal jobs in het gewest. Tussen 2009 en 2024 is het aantal jobs in de toeristische sector toegenomen met 23%. Enkel in 2012, 2020 en 2024 was er sprake van een daling. In 2020 – het eerst jaar van de Covid-19-pandemie – ging het om een daling van 4%. Tussen 2023 en 2024 daalde het aantal arbeidsplaatsen met 2%.
De daling in het aantal jobs in de toeristische sector in 2020 deed zich enkel voor bij de loontrekkenden. In 2021 deed zich het omgekeerde voor: toen daalde enkel het aantal jobs voor zelfstandigen. In 2022 en 2023 nam opnieuw zowel het aantal loontrekkende jobs als het aantal zelfstandigen toe. In 2024 was er een beperkte toename van het aantal loontrekkende jobs met iets meer dan 500 eenheden, maar daalde het aantal jobs voor zelfstandigen in de toeristische sector met bijna 5.200 eenheden.
Bijna 6 op 10 van toeristische jobs te vinden in horeca
In 2024 waren 47% van de jobs in de toeristische sector te vinden in restaurants en cafés. De accommodatiesector was daarnaast goed voor 11%. De volledige horeca zorgde zo voor 58% van alle jobs in de toeristische sector. Dat komt overeen met bijna 135.000 arbeidsplaatsen.
Het personenvervoer en de diensten voor cultuur waren in 2024 elk goed voor ruim 32.000 jobs of ongeveer 14% van de totale toeristische tewerkstelling. Diensten voor sport en recreatie leverden samen ongeveer 9% van de toeristische jobs.
De jobs in de overige deelsectoren van de toeristische sector, zoals de reisbureaus, de kleinhandel, de organisatie van congressen en beurzen en de accommodatie met betrekking tot tweede verblijven maakten in 2024 samen 4% uit van alle toeristische arbeidsplaatsen.
Tussen 2010 en 2024 zijn er in alle deelsectoren jobs bijgekomen, behalve bij het personenvervoer en de reisbureaus (in categorie overige). Vooral in restaurants en cafés, maar zeker ook in de cultuursector nam het aantal jobs sterk toe.
Meer mannen dan vrouwen aan de slag in toeristische sector
In de toeristische sector werken meer mannen dan vrouwen. In 2024 was bij de loontrekkenden 56% een man, bij de zelfstandigen 61%. Enkel in de accommodatiesector en in de reisbureaus werken duidelijk meer vrouwen dan mannen. In de kleinhandel van toerismespecifieke goederen, de musea en in de organisatie van congressen en beurzen werken ongeveer evenveel mannen als vrouwen.
Er zijn relatief veel deeltijdse jobs in de toeristische sector: de helft van de loontrekkenden werkte in 2024 voltijds, 26% deeltijds en 23% in een speciaal statuut. Bij personen in een speciaal statuut gaat het om loontrekkenden in seizoensarbeid, interimarbeid en gelegenheidsarbeid, inclusief de zogenaamde flexijobs. Daarnaast oefende 72% van de zelfstandigen in de toeristische sector de job uit in hoofdberoep, 21% in bijberoep en is 7% nog actief in de toeristische sector na zijn of haar pensioen. In vergelijking met voorgaande jaren is het aandeel zelfstandigen in hoofdberoep toegenomen ten nadele van het aandeel dat een job in de toeristische sector in bijberoep doet.
Aandeel toeristische sector in totaal aantal jobs groter in Brussels Gewest dan in Vlaams Gewest
Het totaal aantal jobs in de toeristische sector was in het Vlaamse Gewest in 2024 ruim 3 keer zo groot als in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest: (respectievelijk ruim 230.000 jobs en 73.000 jobs). Maar relatief gezien is de tewerkstelling in de toeristische sector wel groter in het Brusselse Gewest. De toeristische sector maakte in 2024 9% uit van alle jobs in het Brusselse Gewest tegenover 7% van alle jobs in het Vlaamse Gewest. Vergelijkbare cijfers voor het Waalse Gewest zijn niet beschikbaar.
In beide gewesten gaat het in de toeristische sector vooral om loontrekkende jobs. Het relatieve aandeel loontrekkenden binnen de totale toeristische tewerkstelling lag in 2024 in het Brusselse Gewest (83%) hoger dan in het Vlaamse Gewest (66%).