Digisnap is ingevuld. Wat nu?
Je hebt als directeur of ICT-coördinator Digisnap laten invullen door je lerarenkorps. Maar wat nu? Hoe ga je nu best aan de slag met de resultaten? We helpen je graag op weg.
Je school staat er niet alleen voor bij het nemen van de Digisprong. Schakel, indien je dat wenst of nodig vindt, de pedagogische begeleidingsdienst, de Digisprong-coördinator van een CVO of een andere externe expert in. Dit kan reeds voor de afname van Digisnap, maar is ook mogelijk vanaf elke volgende stap in het proces.
Hebben je leerkrachten Digisnap ingevuld? Neem dan de volgende stappen om effectief met de resultaten uit het directierapport aan de slag te gaan.
Interpreteer:
Om goed (ICT-)onderwijs te waarborgen op je school, raden we aan dat alle leerkrachten op termijn minstens niveau B halen. We zien dit als een streven, maar zijn er ons van bewust dat dit misschien niet voor alle leerkrachten zal lukken.
Bovendien heeft elke school nood aan een aantal leerkrachten die zich in niveau C bevinden. Dit zijn meestal de collega’s met een bovengemiddelde interesse voor ICT. Zij geven het ICT-beleid mee vorm, ondersteunen collega’s, experimenteren met nieuwe technologieën …
Heb je nog geen ICT-team? Raadpleeg dan onze wegwijzer ‘stel je ICT-team samen’(PDF bestand opent in nieuw venster).
Bovenstaande grafiek laat duidelijk zien dat de leerkrachten op niveau A in de meerderheid zijn. Zet in op deze grote groep; dat kan je ook doen door te investeren in groep B en C. Hoe kunnen zij hun collega’s meenemen en coachen … Hou er rekening mee dat ook mensen uit niveau B en C verder kunnen en willen groeien.
Communiceer:
Wees open en durf pijnpunten aanhalen zonder collega’s persoonlijk met de vinger te wijzen. Zie deze werkpunten als groeikansen en maak dat ook zo duidelijk aan het team. Grijp ook de kans om personen die initiatief nemen een blijk van waardering te geven.
Beperk niet tot het meedelen van de resultaten, maar zorg voor duiding en uitleg bij de behaalde resultaten. Licht bijvoorbeeld enkele opvallende resultaten toe. Koppel hieraan alvast enkele acties uit het directierapport. Zet dit instrument indien nodig in als een manier om toe te werken naar een positieve ICT-cultuur op je school.
Enkel het volgen van nascholingen bij externe organisaties volstaat niet om duurzaam te werken aan de ICT-competenties van de leerkrachten. Je kan de aanwezige kennis en de kennis opgedaan op recente nascholingen verduurzamen door binnen je school kleine initiatieven(PDF bestand opent in nieuw venster) te ondernemen. Je hoeft je daarbij niet te beperken tot de klassieke nascholingen, een pedagogische studiedag of een personeelsvergadering. Tracht met verschillende kleine acties het doel te bereiken. Denk bijvoorbeeld aan het inrichten van een ICT-paspoort, Appy Hour, kennisbank … Wissel verschillende initiatieven af en besef dat niet elk teamlid op dezelfde manier leert.
Onderzoek de mogelijkheden om te werken aan ICT-vaardigheden op niveau van individuele leerkrachten, graad, vakwerkgroep, school, scholengroep … Houd steeds de noden van alle leerkrachten voor ogen en verlies differentiatie niet uit het oog.