Gedaan met laden. U bevindt zich op: Hoe organiseer je doordacht een Digisnap-afname? Digisnap

Hoe organiseer je doordacht een Digisnap-afname?

Wil je als school je ICT-beleid professionaliseren en beslis je om de ICT-competenties van je leraren in kaart te brengen en daarvoor Digisnap te gebruiken? Als je doordacht te werk gaat nog voor je een Digisnap-vragenlijst aanvraagt, behaal je het beste resultaat. 

Maak hiervan nu al werk:

  • Maak het draagvlak in je school zo groot mogelijk door een ICT-team samen te stellen. Onze wegwijzer ‘Stel je ICT-team samen’(PDF bestand opent in nieuw venster) kan je daarbij helpen.

  • Denk na over wat je met Digisnap wilt bereiken. Welke resultaten wil je op korte, middellange en lange termijn behalen? Wat wil je met die meer of gerichtere professionalisering bereiken?

  • Maak afspraken rond ICT-nascholingen. Welke mogelijkheden krijgt je lerarenteam? Kunnen ze zelf opleidingen voorstellen die ze willen volgen? Of ga je voor nascholingen voor je hele team tijdens bijvoorbeeld een pedagogische studiedag of personeelsvergadering?

  • Maak je leraren wegwijs in DigCompEdu, het Europese referentiekader voor de ICT-competenties van leraren waarop Digisnap is gebaseerd. Ons artikel over DigCompEdu kan je daarbij helpen.

  • Plan een moment om de vragenlijst met je hele team samen in te vullen. Zo bereik je bijna al je leraren tegelijk en is alles in minder dan een halfuur afgerond. Zijn er leraren die de vragenlijst liever alleen invullen? Geef hen 2 tot 3 weken de tijd.

  • Doorloop je het hele proces samen met je leerkrachten, voorzie dan een uurtje de tijd.

    • Beknopte inleiding over Digisnap: 10 minuten

    • Eerste aanmelding in Digisnap: 10 à 20 minuten, afhankelijk van de grootte van de groep

    • Invullen van de vragenlijst (overloop eventueel samen de vragen): 10 à 20 minuten

    • Duiding van wat met de resultaten gebeurt: 5 minuten

    • Mogelijkheid om vragen te stellen: 5 minuten

Belangrijk: aantal leraren

Wanneer je Digisnap aanvraagt, moet je je enkele belangrijke vragen stellen. Bijvoorbeeld: hoeveel leraren zullen de vragenlijst invullen? Als kleine school kun je misschien beter aansluiten bij een andere school of je scholengemeenschap. Zo kun je op grotere schaal nascholingen organiseren, krijg je meer kans om verschillende nascholingstrajecten op maat uit te werken en heb je meer mogelijkheden om te leren van andere leraren en scholen.

  • Een homogeen team bestaat bijvoorbeeld uit alle leraren van hetzelfde onderwijsniveau of alle leraren die in dezelfde graad lesgeven.

    • Vraag 1 Digisnap-vragenlijst aan.

  • Vraag maar een paar vragenlijsten aan. Afhankelijk van wat je te weten wilt komen, kies je bijvoorbeeld voor een vragenlijst:

    • op schoolniveau

    • per vakwerkgroep

    • per onderwijsniveau.

  • Dan kun je verschillende Digisnap-vragenlijsten aanvragen. Afhankelijk van waar je zicht op wilt krijgen, kies je bijvoorbeeld voor een vragenlijst:

    • op niveau van de scholengemeenschap

    • op niveau van je school

    • per vestigingsplaats

    • per onderwijsniveau

    • per graad

    • per vakwerkgroep

    • per leerjaar.

Maak je groepen niet te klein

Bevraag je een klein heterogeen team of een grote groep leraren? Maak de groepen niet te klein. 5 leraren per Digisnap is het minimum. Als er in een kleine lerarengroep mensen vertrekken of bijkomen, zie je niet hoe de ICT-competenties evolueren. Bovendien hebben alle leraren ook altijd toegang tot hun eigen resultaten.

Maar hoeveel Digisnap-vragenlijsten kun je nu eigenlijk het best aanvragen voor je school? Daar is geen pasklaar antwoord voor. Dat hangt af van je schoolsituatie en van wat je te weten wilt komen. Bespreek het samen met je ICT-team.