Vlaamse bossen zorgen voor heel wat bovengrondse koolstofopslag, met onbeheerde bossen als koploper
De netto‑uitstoot van broeikasgassen in de Europese Unie moet met minstens 55% naar omlaag tegen 2030. Om dit ambitieuze doel te bereiken, moet minder CO2 worden uitgestoten én meer koolstof worden opgeslagen. Vóór 2030 wil Europa netto minstens 310 miljoen ton CO2-equivalent broeikasgassen verwijderen uit de atmosfeer door extra opslag van koolstof in landbouwgronden en bossen.
Bossen nemen van nature CO2 op en leggen koolstof vast. Als bomen sterven of worden geoogst, verdwijnt een deel ervan. Het beheer van een bos kan de opslag van koolstof dus beïnvloeden. Zorgt nulbeheer, waarbij je bossen spontaan laat ontwikkelen, voor extra koolstofopslag?
We bekeken het potentieel voor bovengrondse koolstofopslag in Vlaamse bossen, zowel in levende bomen als in dood hout. We berekenden hoeveel koolstof aanwezig is én hoeveel koolstof er jaarlijks bijkomt. Hiervoor gebruikten we gegevens van de eerste en tweede Vlaamse Bosinventaris (opgemeten door Natuur en Bos) en van de eerste en tweede monitoring in Vlaamse bosreservaten (door het INBO).
Algemeen steeg de bovengrondse koolstofvoorraad in Vlaamse bossen, en de toename was het grootst in de bosreservaten en op rijkere bodems. Als bossen niet langer beheerd worden – zoals de bosreservaten – kunnen ze een grote hoeveelheid koolstof opbouwen en blijven ze nog tientallen jaren grote hoeveelheden koolstof opslaan.
Margot Vanhellemont, Anja Leyman, Leen Govaere (ANB), Luc De Keersmaeker, Kris Vandekerkhove
Meer lezen: Vanhellemont M, Leyman A, Govaere L, De Keersmaeker L, Vandekerkhove K (2024) Site-specific additionality in aboveground carbon sequestration in set-aside forests in Flanders (northern Belgium). Frontiers in Forests and Global Change 7: 1236203, https://doi.org/10.3389/ffgc.2024.1236203
beeld boven:Monitoring in de bosreservaten met laser en Fieldmap-software (foto: Kris Vandekerkhove)